29 juni was Nationale Modderdag. Ja dat bestaat echt. Op de woensdag ervoor kwamen de Kapoentjes van Rotta in het Trefpunt om een middag heerlijk aan te modderen. We houden een modderfeestje. Dus gaan we moddertaartjes maken.

Het was al weken mooi, droog en warm weer, dus geen modder in de buurt te bekennen. Maar dat is geen probleem voor de kinderen: dan màken we modder.

Maar eerst willen we meer weten. Zijn er dieren die modder nodig hebben? Met elkaar ontdekken we dat. Een varken ligt graag in de modder te rollen tot hij zich lekker heeft vol gesmeerd. Dat is zijn zonnebrand. De huiszwaluw neemt hapjes modder, daar komt een beetje spuug bij en zo plakt hij van modder een nestkommetje. Kikkers zitten ‘s winters in de modder onder in de sloot, dat bevriest niet. Er is zelfs een diertje dat woont in de modder, die heet modderkruiper.

Genoeg gepraat. Aan de slag voor moddertaartjes. Voordat we onze handen lekker vies maken, gaan we eerst versieringen voor de taartjes zoeken. In de tuin van het Trefpunt zoeken en vinden we mooie zaadjes en zaaddoosjes. Waar er meer van zijn, kunnen we er een paar meenemen.

Nu gaan we modder maken. Een teil met aarde, een teil met zand. Daar moet water bij weten de kinderen. Wie wil het met de hand doorroeren? Dat willen ze allemaal. Dus om de beurt met je handen in de modder. De aarde-modder voelt heel anders dan de zand-modder. Dan mengen we het door elkaar.

Ieder kind mag met twee handen modder pakken om een taartje te maken. Hier en daar nog wat zand of aarde erbij en heerlijk kneden. Dan versieren met de gevonden vruchtjes en zaadjes en bovenop een paar rozenblaadjes. Het worden mooie taartjes. Een kind heeft een takje munt ontdekt: ‘Ik ga een geurtaartje maken’. Hij mengt het door zijn schep modder en iedereen moet even ruiken. Hij heeft inderdaad een moddertaartje dat naar munt ruikt!

Tot slot maken we met de modder nog een handafdruk-schilderij.

Na het handen wassen en hier en daar een modderspet van een gezicht, hebben we nog wat tijd. We doen een regenwormendans, kronkelen tussen elkaar door als regenwormen door aarde en modder. Eigenlijk moet je dit liggend op de grond doen, vinden de kinderen. En als je zo plat op de grond ligt, zie je goed wat er nog meer kruipt. Zo ontdekt er iemand een spinnetje. Die kruipt daar met een buideltje eitjes onder haar buik rond. We volgen haar wel 5 minuten, waar ze rondloopt over en onder blaadjes.
Dat is een mooie ontdekking, een cadeautje van de natuur na ons modderavontuur.

Tijd om naar huis te gaan. De taartjes kunnen niet mee. Daar maken we foto’s van en ook van de spin. De afdruk-schilderijtjes kunnen mee naar huis als een herinnering aan deze leuke moddermiddag.

Fijne zomer, Kapoentjes.
De volgende Kapoentjesmiddag, 11 oktober, vieren we de herfst.

Verslag: Marijke