Even een ontsnapping uit onze glazen kooi. Op naar het Hoge Bergse Bos. Alle parkeerplaatsen zijn  afgesloten. We krijgen van Artihoven toestemming om daar te parkeren. Wij gaan op stap voor onze wandeling rond heuvel B.

Begroeiing heuvel B

Ik heb hier al eens eerder verslag van gedaan en recentelijk heeft Henk Starink er ook over geschreven. Het  eerste levende wezen dat we tegenkomen  is Rien van der Vorm. Na een gezellig kletspraatje op 1,5 meter afstand vervolgen we onze weg. We lopen door een rijk bloeiende omgeving: fluitenkruid en raapzaad alom.

Links van ons ligt het Hoeks moerasbosje. Eind jaren zeventig zijn hier populieren aangeplant. Later heeft men het grasland afgegraven en is het moeras geworden. Van lieverlee gaan alle populieren dood. Denk maar aan het populierenbosje bij de Zevenhuizerplas. Er ontwikkelt zich een eigen, specifieke leefomgeving. In kwijnende en dode populieren komen veel insecten, paddenstoelen en schimmels voor. Veel insectenetende vogels komen daar op af: o.a. spechten en  boomklevers. Spreeuwen en halsbandparkieten  bouwen nesten in achtergelaten holen. Ook de buizerd en de groene specht voelen zich daar thuis. Het moerasdeel is een zeer aantrekkelijke plek voor rietvogels, dodaarzen , kleine karekieten, smienten, krakeenden en wintertalingen.  De kikkers geven op dit moment een kikkerconcert. Wat opvalt zijn de enorme stilte en de rust en het gezang van vogels. Doordat Outdoor Valley  gesloten is  heb je ook geen last van al die mountainbikers en skeelers  e.d.

Heuvel B is een zeer rijk begroeide heuvel: fluitenkruid, raapzaad, smeerwortel, groothoefblad, bloeiende vogelkers, witte dovenetel, kalkdoddegras, smalle weegbree, zomeralsem, gelderse roos, hondsdraf en nog veel meer. In de waterbergingen  groeit nu volop riet. Nu zie ik ook de eerste eenden-  en ganzenpullen.

Moeder en kind

Oeverzwaluwwand

In een wei loopt een merrie met haar veulen. De oeverzwaluwwand vertoont weinig leven (zie verslag Henk Starink).Tegenover de wand is een weiland omgeploegd. Honderden kokmeeuwen, eksters en kraaien  genieten van de vele grondinsecten die naar boven zijn gekomen.

We lopen achter de Wiebertjes langs. We zien vele distels. Ik kan ze niet uit elkaar houden : speerdistels, knikkende distels, mariadistels, akkerdistels, kale jonker en weet ik verder veel.

De bloeiende onbekende distel

Mijn app Plantnet  geeft vaak een andere benaming dan de Plantnet app van mijn vrouw. Als mijn app mariadistel aangeeft  krijgt mijn vrouw knikkende distel te zien. Die app komt er dus ook niet uit. Vogels volop: blauwe reiger, visdieven, tjiftjafs, roodborsten, merels, houtduiven, kraaien, spechten en nog vele andere vogels die ik ‘niet kan thuisbrengen’.  We hebben op deze wandeling echt genoten van wat de lente ons allemaal brengt.

Tekst en foto’s: Piet Mulder