Zevenhuizerplas

Ontdek de Zevenhuizerplas

De Zevenhuizerplas is een diepe zandwinningsplas die in de zeventiger jaren van de vorige eeuw is aangelegd en later sterk uitgebreid. Het is een belangrijk recreatiegebied met zandstranden. Zowel op als onder water is er waardevolle natuur met beboste eilanden en bijzondere oeverzones. Vanwege de grote diepte – tot ruim 25 meter – bevriest de plas nooit helemaal, zelfs niet in strenge winters.

©Dick Hoek

Op en rond de plas zijn het hele jaar door veel soorten vogels te zien. In de winter slapen midden op de plas vaak duizenden meeuwen en smienten. Grote groepen meerkoeten, futen, kuifeenden en krakeenden leven hier van oever- en waterplanten, insecten en vissen. Ook worden er vaak zeldzame soorten gezien als kleine zilverreiger, kwak, kuifduiker en krooneend. De woudaap is ons kleinste reigertje dat in mei uit Afrika terugkomt en hier jaarlijks jongen grootbrengt. ’s Winters zijn er dodaarzen te zien en ’s zomers vooral te horen.

Vroeg in het voorjaar nestelen in de bomen op de eilanden langs de westoever blauwe reigers. De laatste jaren zijn ruim vijftig bezette nesten geteld. Later komen hier ook de lepelaars bij die in de bomen hun jongen grootbrengen.

©Arend Hoogeveen

De rietvelden langs de noordoever zijn rijk aan zangvogels: baardmannetjes verblijven hier het hele jaar; vanaf eind maart brengen talrijke zangvogels die in Afrika en Zuid-Europa overwinteren hier een prachtig vogelconcert ten gehore. Rietzangers, rietgorzen, blauwborsten, kleine karekieten en snorren broeden hier en brengen hun jongen groot. Met de kleine karekieten keert ook de koekoek terug uit Afrika. In het voorjaar laat de roerdomp regelmatig zijn luide, lage gehoemp horen. Zien is moeilijker, hij blijft meestal verborgen in het riet.

©Chris van Rijswijk

Op één van de eilandjes langs de noordoever is een oeverzwaluwwand geplaatst die door tientallen zwaluwen wordt gebruikt als nestplaats. In het vroege voorjaar worden de gaten in de wand weer dicht gestopt door vrijwilligers van Natuur- en Vogelwacht Rotta. Ook helpen zij met het voorkomen dat de rietkragen dichtgroeien met bomen en struiken. Als je niets doet, verandert een rietkraag op den duur in een wilgenbos.