Omdat er veel belangstelling is voor de inmiddels fameuze KMG-wandelingen gaan er deze avond groepen een kwartier na elkaar op stap. Fijn dat er veel mensen willen gidsen, deze keer Hans, Henk, Rob en Maurice. Uiteraard ook nu weer met een inleiding over de historische economische en sociale ontwikkeling van het gebied, die er toe geleid heeft dat we in het Koornmolengat (KMG) 1,9 meter onder NAP zitten, waar de aangrenzende Tweemanspolder nog dik 4 meter lager ligt.
Ik ga dit jaar voor een tweede keer mee, omdat het altijd als een voorrecht voelt daar te mogen rondkijken, en vooral om te zien wat er in twee maanden tijd allemaal nog verandert. En dat is best veel. Er staan weer andere planten in bloei dan eind juni, zoals hop, wolfspoot en tandzaad. Het koninginnekruid is overvloedig aanwezig en ook de grote kattenstaart laat zich op zijn mooist zien.
De meeste vogels bereiden zich voor op de winter, hoewel we op de Rotte nog futen zien met hun zoveelste legsel op de rug. De aalscholvers zitten hoog op hun uitkijkposten als echte heersers van het gebied. Boerenzwaluwen zijn nog niet vertrokken en jagen op muggen en andere insecten. Vijf kleine zilverreigers (met gele voeten) komen aanvliegen voor hun nachtelijke rustplaats.
De buienradar beloofde regen, maar het was en bleef een heerlijke avond, in een van de zeldzame gebiedjes in de regio waar de natuur nog aardig zijn gang kan gaan, op enkele goed uitgekiende beheerswerkzaamheden door Rotta na. Het is ook altijd weer leuk om het enthousiasme mee te krijgen van mensen die het gebied voor het eerst bezoeken.
We sluiten af met een bezoekje aan de onvolprezen Roerdomp en wisselen nog wat wetenswaardigheden uit. Is het nou wollige munt of hertsmunt? Dat laatste dus. Graag tot volgend jaar!
Tekst: Josien Hofs
Foto’s: Josien Hofs en (de slakken) Tom Kruijt