Rond 9.05 uur vertrok er een enthousiaste groep Rotta-leden, die terecht de weersverwachting van de afgelopen week genegeerd hadden, voor een frisse wandeling door diverse natuur- en recreatiegebieden in de zogenaamde Buyten- en Delftse Hout.
Na een kort bebouwd stukje langs de rand van Nootdorp liepen we onder de rondweg door het nieuwe recreatiegebied “Wandelbos Laakweg” binnen. Onze secretaris begon hier direct met, zoals het een goed secretaris betaamt, de vogels te spotten en te notuleren, echter de strenge roerganger vervolgde resoluut zijn route en sprak (hoopvol) : “er valt onderweg nog genoeg te zien”, met in het achterhoofd “voor donker en voor de regen weer thuis”. Het wandelbos is een fraai stukje nieuwe natuur met veel potentie, wat zich in de loop der tijden zal ontwikkelen van pionier gebied tot robuuste natuur. Rond Pijnacker Nootdorp wordt door onze buurvereniging NMP zeer constructief samengewerkt met de gemeente (vergelijk de bloemrijke bermen in Pijnacker maar eens met de bermen in Lansingerland en Zuidplas) wat ook te zien is aan dit nieuwe fraaie stukje natuur.
De drukke Noordweg werd overgestoken en rond de Dobbeplas werden eerst wat staartmeesjes gespot, waarna de route langs de plas vele eendensoorten en aalscholvers opleverde. De dijk op en over de brug daalden we af naar de Bieslandse polder en bos. Tussen de wandelaars, trimmers en heel veel bomen liet de gaai zijn gaaiende roep horen en ook roodborsten en merels waren luidkeels aanwezig. Over het bruggetje, halverwege het bos belanden we in het verrassende “Stiltegoed”. Ondanks de giga grote schuren (een dissonant in het polderlandschap) van hoeve Biesland ligt hier toch een prachtig rustgebiedje met diverse kunstobjecten, borden met zweverige gedichten, jongvee en kippen, waar de tijd even stil lijkt te staan. Bijna tegoed voor de omgeving. Bij de uitgang van het gebied, vlakbij de ingang naar de boerderijwinkel, ontwaren we, ondanks het drukke autoverkeer naar de winkel, een ijsvogeltje in de nabijheid van een stuwtje.
Via de rand van de plas van de Delftse hout, steken we halverwege over naar de polder (dit was een bonusstuk als beloning voor het goede excursietempo) en spotten we de oer-Hollandse ooievaar. Het struinpad door de polder komt via een overpad langs fraaie boerderijen en vakantiehuisjes uit bij de Noordeindseweg zodat daar dankzij de QR-code onder het genot van diverse gebak en koffie bij “Du Midi (et du pipi)” heerlijk gepauzeerd werd. Op het ruime buitenterras onder het tentdoek en door de vriendelijke bediening voorzien van fleece dekens was het goed toeven.
Achter du Midi ligt het zogenaamde krekengebied, waar langs aan beide zijden een mooi wandelpad voert. Binnenin dit gebied lopen wat grote grazers, echter deze lieten zich deze keer niet zien. In de lente is dit een fantastisch broedgebied, maar ook in de herfst heeft dit gebied een bijzondere uitstraling. Vlak voor de Pijnackerse ijsbaan ligt nog een oud gemaaltje, wat nu in beheer is bij NMP en ideaal is voor vleermuizen en uilen huisvesting.
Het laatste stukje bos van het krekengebied is ook als gevolg van essensterfte flink kaal geslagen, maar de open plekken en diversere herplant geven de natuur weer veel nieuwe kansen.
Daarna over de brug door weer een bosgebied, richting oversteek Noordweg. De regen begon ook weer te regenen, het tempo werd licht opgevoerd en via randje bebouwde kom Pijnacker en het spoor bereikten we de (eind)halte. Niemand was het spoor bijster en iedereen keerde moe en voldaan huiswaarts.
Statistieken:
Afstand: 12 km
Deelnemers: 6
Totaal: 72 km