Ook bij de vogels in mijn tuin is sprake van woningnood: een paartje ringmussen heeft deze zomer onderdak gevonden in een veel te kleine pimpelmezenkast.
In 2018 heb ik een nestkast voor koolmezen opgehangen aan een boom. Het volgende voorjaar bleek dat niet koolmezen, maar ringmussen in de kast een nestje hadden. Het blijkt een favoriete nestkast te zijn.
Ook dit broedseizoen staat het 3e legsel ringmussen al weer op punt van uitvliegen. Ik schat dat in de afgelopen jaren in deze nestkast al wel 20 ringmussen zijn grootgebracht.
Na jaarlijks 2-3 succesvolle broedsels is het aantal ringmussen in de Varenbuurt in Bergschenhoek nu kennelijk zo toegenomen dat sprake is van woningnood.
Afgelopen najaar heb ik een extra kastje voor pimpelmezen opgehangen, waar dit voorjaar direct pimpelmezen zijn ingetrokken die in april-mei hun jongen hebben grootgebracht.
Groot was mijn verbazing toen ik enkele weken geleden zag dat ringmussen een kijkje kwamen nemen bij de kast van de pimpelmezen en tevergeefs probeerden naar binnen te gaan.
De invliegopening van 28 mm van de kast is immers te klein voor ringmussen. Vogelbescherming Nederland adviseert voor ringmussen een opening van maar liefst 40 mm.
In de daaropvolgende dagen zag ik de mussen telkens terugkeren bij de nestkast. En ja hoor, met heel veel moeite lukte het de mus op 13 juni jl. om door de opening te kruipen.
Ik maakte me daarna zorgen of de vogel er zelf weer uit zou kunnen komen. Na een uurtje maakte ik voorzichtig de kast open en bleek de vogel al te zijn gevlogen.
Tot mijn verrassing is er wel iets anders te zien. Ik zie dat de mussen bovenop het met mos beklede pimpelnest een nieuw nest hebben gebouwd … met al wel 6 eitjes erin!
Nu ruim twee weken later is het broeden klaar en brengen de ouders doorlopend voedsel naar de jonge vogels. Door alle inspanning zijn beide ouders blijkbaar afgevallen, want ze zijn nu heel behendig in het in- en uitvliegen.
Hopelijk is er net voldoende ruimte voor de jonge vogels in dit ‘tiny house’ om goed te groeien en dadelijk uit te vliegen.
foto’s: Henk Starink