We wandelen wat af in deze coronatijd. Deze keer, op 5 maart het Kralingsebos.
Ook hier is de discussie: natuur of recreatie. Je kunt niet echt spreken van natuur, want overal zijn er speelweiden, bankjes, trimbanen, sporttoestellen enz. Het is een en al recreatie. De bezoekersaantallen zijn in deze periode zeer hoog. Alle kleine dieren zijn echter verdwenen. Je ziet geen eekhoorns, fazanten en konijnen e.d. en die zag ik vroeger wel. Ik heb het daar jaren geleden wel eens over gehad met Marius Huender. Het komt door al die loslopende ………… honden. Op de plaats van die stippeltjes mag u een zelf gekozen ziekte invullen. Met deze opmerking weet u meteen hoe ik over al die hondenbaasjes denk. Er is een deel van het bos afgezet met boomstammen. Hier mogen geen honden en wandelaars komen want dit is broedgebied. Deze tijd van het jaar is een heel mooie tijd : de overgang van winter naar lente.
Sterhyacint
Mooi is hoe alles weer opkomt : sterhyacintjes, daslook, blauwe druifjes, gele narcissen, sneeuwklokjes, aronskelk, fluitenkruid, paarse dovenetel, winterakoniet, brede en smalle weegbree en een bloeiende sleedoorn. Op heel veel hout zie je dikke plakken mos.
Mos
Dat dit een oud bos is bewijst hoe sommige bomen erbij staan. Een boom groeit horizontaal, een andere boom heeft alleen nog maar schors.
Op Schors Groeiende Boom
Wat vogels betreft het volgende: kraaien, houtduiven, eksters, mussen, koolmeesjes, bosmerels, de knäckebröd roodborsten zijn terug naar huis maar onze roodborsten zijn nog onderweg hier naar toe. Ook de smienten zijn terug naar hun vaderland om nog op tijd te zijn voor hun spoetnikvaccinatie.
Op de plas zie je wilde eenden, meerkoeten, waterhoentjes, futen, knobbelzwanen en kuifeenden. In de lucht zweven veel zilvermeeuwen.
