17 april 2014,  met de Rotta-Natuurwerkgroep en met Rotta-Actief op excursie naar de Groene Jonker en de Nieuwkoopse Plassen.

Aantal deelnemers: 26. Leider/organisator: Rien van der Vorm. Natuurgidsen: Dick Hoek en Cor Noorman.

De Groene Jonker is een waterrijk natuurgebied met een grote plas, rietkragen en natte graslanden. Dit gebied is zeer aantrekkelijk voor weide- en moerasvogels. De waterstanden  wisselen per seizoen en geven  dit gebied een bepaalde dynamiek. De Groene Jonker verbindt de Nieuwkoopse Plassen met de Vinkeveense Plassen. De schapen met hun lammetjes lopen weer heerlijk buiten op de dijk.

Onze wandeltocht begint op die dijk. Er liggen veel uitwerpselen van schapen. Met de nodige voorzichtigheid lopen we over die dijk. Eén van ons , een drollen-expert, wordt helemaal lyrisch van al die uitwerpselen. “Een bron van leven, broedplaats van vlinders en vliegen !!!” Hij is wel de enige die ze ziet vliegen. Kennelijk een jeugdtrauma: te weinig gekleid op de kleuterschool. We zien ontzettend veel. Misschien een beetje saai, maar ik wil toch wel een opsomming geven van al het fraais en moois dat we gezien hebben.

Vlinders: een Klein Geaderd Witje, de eerste generatie, de voorjaarsgeneratie, sterk geaderd, de Dagpauwoog en de Kleine Vos.

Vogels : Lepelaars, in het ondiepe water en op de slikrandjes vinden ze veel voedsel. Krakeenden, Slobeenden, Kuifeenden en Wilde Eenden, Tafeleenden, Rosse Stekelstaarten, Meerkoeten, Grauwe Ganzen met pullen, Nijlganzen, Knobbelzwanen, Wulpen, vrouwtje Kiekendief met  geblondeerde haren, Rietzanger en een Rietgors. Hoog in het riet laat een Snor zijn lange riedel horen. Deze riedel wordt beantwoord door een Snor in een ander rietveld. We zien en horen de beide Snorren met elkaar daten. Eigenlijk niet juist: uitsluitend de mannen zingen om de andere mannen duidelijk te maken : dit is mijn gebied, weg wezen!! Voor de vrouwen (als ze nog vrijgezel zijn ) betekent het gezang van de mannen: welkom, ik ben echt beter dan mijn buurman, hoor mij eens “mooi” zingen!! Verder Kieviten, Spreeuwen, Buizerds, Fazanten, Futen, Visdieven, Kokmeeuwen, Kleine Mantelmeeuwen, Grutto’s, Eksters, Witte Kwik, Huismussen, Kauwen, Kraaien, een paartje Putters en Boerenzwaluwen. In de plas zwemt en duikt een groep van  zo’n 16 Geoorde Futen. We horen in de verte het gehoemp van de Roerdomp. Een Bruine Kikker laat zich ook nog even zien.

gr01

Planten: De plantenliefhebbers komen volledig aan hun trekken: Kruldistels, Akkerdistels, Pitrus volop, Riet, Lisdodden (uitgebloeid weliswaar) , Hondsdraf (kenmerk: stinkt een uur in de wind), Witte dovenetel, Kool-/Raapzaad, Fluitenkruid en Grote vossenstaarten ( een grassoort). In het Loetbos zagen we Kleine vossenstaarten.

Bij de Ruygeborg, een natuurgebiedje bij de Nieuwkoopse Plassen , gebruiken we de lunch  en voeren we de (hoog-) nodige sanitaire activiteiten uit. We zien hier 2 Huiszwaluwen en een overvliegende Grote Bonte Specht.

Op naar de Nieuwkoopse Plassen. We worden welkom geheten door 4 gidsen van Natuurmonumenten. Met hun fluisterboot maken we een vaartocht over de Nieuwkoopse Plassen. Deze plassen zijn ontstaan door turfwinning.  Ze zijn zo’n 2 a 3 meter diep. We passen met z’n allen net in die boot. Het is een open boot en we hebben gelukkig goed weer. Ook hier is weer veel te zien: Aalscholvers, Winterkoning, Tjiftjaf (volgens Ron roept hij tjaftjif), Buizerds, Rietgors, Rietzanger, Boompiepers, Graspiepers, Fitis (we horen zijn liedje:” het is mooi weer vandaag maar het blijft niet zo”),Havik, Wulp, Kokmeeuwen, een Bruine Kiekendief die wordt weggejaagd door een Kraai en een Bruine Kiekendief die wordt weggejaagd door een Kievit, Kokmeeuwen, Snor, Visdieven, paartje Brandganzen, Futen, Kuifeenden, Wilde Eenden, Roerdomp en  een biddende T.V.-man.  Zijn gebed is verhoord want even later zien we hem overvliegen met een prooi in zijn poten. Een mannetje Kiekendief blijft zijn schoonheid showen.  Nou, dat hebben we dan wel gezien. In een boom zit een gigantisch  groot buizerdnest. Twee Groot Witjes vliegen rond al die bloeiende bloemen.

De eilandjes zijn begroeid met Riet. Dit wordt gemaaid en gebruikt als dakriet. De stoppels mogen niet meer afgebrand worden. Die worden verzameld, het zgn. sluik, en gecomposteerd. Er is echter geen afzet voor dit compost. Vaak wordt het dan alsnog verbrand. Op de rietlandjes staan veel Wilde narcissen,  Fluitenkruid, Kool-/Raapzaad, Smeerwortel, Dotters, ontluikende Koningsvarens en Zeggen. Niemand kon zeggen welke Zegge. Op de slootjes zien we veel Schrijvertjes. Op ’t laatst komt de psychologische roman van Maarten ’t Hart uit 1978 overvliegen : een vlucht Regenwulpen. Tot slot brengen we nog even een bezoekje aan het mooie bezoekerscentrum van Natuurmonumenten. Met dank aan Rien, Dick en Cor.

Piet Mulder.

 

Tekst: Piet Mulder:

Foto’s: Dick Hoek en Piet Mulder