Het gaat goed moet onze vereniging. De diverse natuurwandelingen verheugen zich in een grote populariteit. Het Trefpunt wordt steeds vaker gebruikt, niet alleen door de vereniging maar ook door andere belangstellenden en ook de kinderactiviteiten worden steeds populairder.
Dat er een grote aantrekkingskracht is ontstaan met de ingebruikname van ons eigen Trefpunt doet zich weerspiegelen in de groei van het ledental. Echter door het diverse gebruik van Trefpunt voor feesten, bedrijfsuitjes of scholenbezoek ( inclusief natuurwandeling met gids), is de druk op het kleine aantal goed opgeleide natuurgidsen flink toegenomen. Deze gidsen offeren steeds meer vrije tijd op voor onze vereniging. Onze vereniging vaart daar wel bij, want de opbrengsten van verhuur en gidswerk stromen allemaal in de verenigingskas. Maar zoals hiervoor al beschreven is, is het aantal activiteiten de laatste jaren flink toegenomen.
Het feit dat onze gidsen het te druk krijgen of andersom geredeneerd, we te weinig gidsen hebben is al diverse keren onderwerp van gesprek geweest in de bestuursvergadering. De instroom van nieuwe “groene” gidsen en de te verwachten uitstroom van de vergrijzende natuurgidsen is een belangrijk zorgenpunt. Een van de hoofdtaken van de vereniging (statutair vastgesteld) is: “het geven van cursussen en leiden van excursies”, waarvoor uiteraard specialisten nodig zijn.
Het probleem waar we voor staan is: er zijn niet genoeg gidsen, maar er zijn wel veel leden die met meer natuurkennis (vervolgopleiding?) in potentie ook excursies moeten kunnen leiden.
Binnen onze vereniging hebben we veel mensen die de vogelherkenningscursus gevolgd hebben en regelmatig het veld in gaan. Het zal voor de meeste van deze vogelaars niet al te moeilijk zijn om de meeste vogels snel te determineren. Maar achtergrondkennis (trek, biotoop, foerageergedrag e.d.) is ook van belang om de excursie-gangers wat te leren van de natuur om ons heen. Het is soms ook een probleem, dat wanneer het slecht vogelweer is (je ziet er te weinig), je moet kunnen overschakelen op andere terreinen. Kennis op het gebied van zoogdieren, planten, insecten of het landschap is een extra om het publiek mee voor te lichten en te vermaken. Van een natuurgids wordt verwacht dat hij op meerdere (hoeft niet op alle) terreinen kennis bezit.
Ook een stukje spreekvaardigheid en mensenkennis is van belang. Veel is in de praktijk te leren (net als vogelen), je moet het veel en regelmatig doen. En een goede gids moet op een natuurlijke manier met (groepen) mensen om kunnen gaan. Grote diverse groepen moeten toch een beetje gestuurd worden, en voor natuurvorsers geldt in dit geval wel: je kunt ze met een kluitje het riet insturen, als er maar een goed verhaal achter zit. Wanneer een gids goed beslagen ten ijs komt, zal hij door zijn kennis en kunde het respect krijgen wat hij verdient, en wordt het leiden van een groep een (vogel-) eitje.
De mogelijkheid om met twee gidsen (met diverse expertise) samen te willen gidsen zou een oplossing kunnen zijn om groepen in het veld te begeleiden. Ook het gebruik van nieuwe technologieën, zoals bat-detectors, lokgeluiden, gebruik van GPS en andere digitale gadgets zijn hulpmiddelen, die het determineren makkelijker maken en misschien de natuurbeleving een extra dimensie geven.
Even terug naar de aanhef van dit stukje. Kunnen onze geslaagde vogelcursus-cursisten een stapje hoger gaan en met een groep het veld ingaan of zijn er nog diverse vervolgcursussen noodzakelijk? Het bestuur heeft daartoe de volgende oplossing bedacht. Veel van onze trouwe leden (tellers en inventariseerders) gaan regelmatig “de wei” in voor hun telrondje. Deze “expert”-leden zijn graag bereid om hun kennis met de potentiele nieuwe gidsen te delen en zo deze in de praktijk “bij te scholen”. Voor het Koornmolengat bijvoorbeeld is een van onze leden al een aantal keren met de “echte” gidsen mee geweest en kan door zijn specifieke ervaring vanaf volgend seizoen al zelfstandig gaan gidsen.
Daarom vraagt het bestuur aan de leden of er nieuwe vrijwilligers zijn, die graag wat meer willen leren over de natuur en deze kennis later ook in de praktijk willen uitdragen, door af en toe een groep te begeleiden.
Vanuit onze vereniging hebben Jesse, Cor, Dick en Rien al toezeggingen gedaan om liefhebbers mee te nemen voor de “praktijkcursus”, maar ook andere leden die veel expertise hebben en bereid zijn deze kennis te delen worden verzocht om te reageren naar het bestuur. Voor de nieuwe potentiele gidsen organiseren we eerst een oriëntatieavondje om elkaar te leren kennen en uit te zoeken wat de specifieke behoefte is en daarna kunnen er door deelnemers en begeleiders vervolgafspraken gemaakt worden. Tot slot mag niet onvermeld blijven dat voor onze jonge leden het zeker een meerwaarde op je CV is, wanneer daar “groene gids” vermeldt staat.
Reacties en aanmeldingen mailen naar: hsas22@gmail.com