De plassen zijn ontstaan door een afgegraven veengebied waar eeuwenlang turf werd gestoken om als brandstof voor verwarming te dienen. Nu is het een groot plassengebied gescheiden door legakkers waarop o.a. knotwilgen groeien omzoomd door riet en grasdijkjes.

Reeuwijkse plassen excursie
Gehuld in regenkleding en met de kijker in de aanslag gaan 15 vogelaars op pad. Nauwelijks begonnen aan de 10,5 km. lange wandeling worden we onthaald op de vrolijke voorjaarsnoten van zanglijster en heggenmus. Hun oefeningen brengen ons in de juiste stemming.
Turend in de lucht, speurend tussen de boomtakken ontdekken we ondanks de miezer houtduiven, zingende vinken die de slag nog niet helemaal te pakken hebben. De roodborst altijd lekker voor zich uit zingend, foeragerende staartmezen, fluitende koolmees en pimpelmees, een alarmerende merel, het drukke gebrabbel van putters, een spreeuw en de huismus. Drie gaaien jagen door het geboomte met het voorjaar al in hun bol.
We lopen langs prachtige huizen, oude boerderijen en een enkel vervallen schuurtje. Elk huis op een eigen perceel soms afgescheiden door bruggetjes over het water. De menselijke vroege vogels hier zijn een paar racefietsers en een groep roeiers.

Knot-es met korstmos

Korstmossen in wilg
Op de grasdijk vind je veel geknotte boomsoorten. Voornamelijk de zwarte els maar ook knotwilgen, knotpopulieren en knotessen kom je in dit gebied tegen. Veelal bekleed met prachtige korstmossen in allerlei vormen en kleuren. Een paar achterop lopers horen een ijsvogel roepen. Een Cetti’s zanger laat zich niet onbetuigd.
Op het water zitten meerkoet, kuifeend, wilde eend en fuut. Iemand ontwaart een nonnetje tussen een paar kuifeenden. Even later zien we al een paartje baltsende futen. Een groene specht lacht ons toe, maar houdt zich verder schuil.

Kijkscherm met schilderingen
Aan het eind van een groot vlonder is een bijzonder vogelscherm. Een schilder heeft op de luiken watervogels afgebeeld die hier regelmatig te zien zijn. En mocht het een dag eens tegen zitten en je de plas leeg aantreft, dan kun je in ieder geval genieten van de mooie schilderingen.
We worden op een lekkere stroopwafel getrakteerd en nemen meteen tijd voor een broodje en een warme drank.
Het fluiten van smienten is al te horen maar zien kunnen we ze nog niet goed. We lopen een stuk om de plas heen en dan valt het enorme aantal pas goed op. Hoe ver je ook kijkt, over de hele breedte van de plas is het een en al smient. Wat tafeleenden en groepjes overvliegende kolganzen die zich aankondigen met hun hoge roep. Op de grond komt het fluitenkruid al op. Natuurwerkers zijn hier bezig geweest met snoeien en de samengebonden takken lopen uit met mooie witte katjes.
We hebben al wat kilometers in de benen zitten als we zes hazen zien rennen door het grasland, dollend met elkaar, stuiven ze er vandoor, springen soepel over sloten, blijven even in een groepje staan en dan weer verder.
De waarnemingen breiden zich uit met een bergeend, brandganzen, een grote zilverreiger die verjaagd wordt door een tweede. Sierlijk vliegt hij op zodat we zijn grote spanwijdte kunnen zien. Ook de kleine zilverreiger foerageert er. Bij een tweede kijkscherm zwemt een geoorde fuut nog in zwart wit winterkleed. Onderweg noteren we een torenvalk en verderop zien we een sperwer wegvliegen die aan het jagen is. Hij keert kort daarna terug en supersnel scheert hij voorbij.
Op de terugweg in een tuin een gele kornoelje; een roepende scholekster, kokmeeuw, zilvermeeuw, en mantelmeeuw worden waargenomen. Een blauwe reiger passeert in kalme vlucht, aalscholvers hebben in het water op palen een rustplek gevonden. We zien en horen nog een paar kleurrijke mannetjes fazanten en een vrouwtje heeft vanaf het dak van een schuur een mooie uitkijkpost.
Bij een huis bloeit aan de slootkant de eerste dotterbloem. Weer wat meer in de bewoonde wereld terug klinkt de melancholieke roep van een tortel. Bijna aan het eind van de tocht de korte roep van een grote bonte specht.
We hebben zeer genoten van deze mooie afwisselende wandeling door ons waterrijke landje.
Met dank aan Bert die de tocht georganiseerd heeft en de onmisbare uitleg van Dick en Peter die onze vogel- en plantenkennis altijd weer weten bij te spijkeren.
Verslag: Ina Geenen
Foto’s: Ina Geenen & Dick Hoek